Kamerlid
Kruimelpad
Provinciebestuur scherpt focus op kerntaken aan en zet ook volgend jaar in op efficiëntie en duurzaamheid
De deputatie van provincie Antwerpen stelde op dinsdag 5 december de budgetkeuzes voor die ze maakte voor het jaar 2024. In december staan immers de budgetbesprekingen op de agenda van de provincieraad. Duurzaamheid is daarin de rode draad. Het provinciebestuur scherpt de focus op haar kerntaken verder aan en blijft een gezond financieel beleid voeren. Er komen zo middelen vrij om te investeren in een duurzame toekomst voor de inwoners, de ondernemers, de lokale besturen en de landbouwers in de provincie.
De interne staatshervorming van 2018 legde de focus op de grondgebonden bevoegdheden van de provincies. Als bovenlokaal overheidsniveau bestaat de belangrijkste taak van de provincie erin om lokale besturen te ondersteunen. Ook heeft ze als opdracht om bovenlokale fietsinfrastructuur te bouwen, te investeren in innovatie, de landbouw duurzamer te maken, knelpuntberoepen weg te werken, niet-bevaarbare waterlopen te beheren en toegankelijke en groene open ruimte te creëren voor de inwoners.
Overname Suske en Wiske museum en docAtlas
De hervorming werd ook in 2023 door de provincie Antwerpen verdergezet. Jeugd en cultuur zijn geen kerntaken meer van de provincie. Daarom zocht de provincie voor het Suske en Wiske museum en docAtlas naar een duurzame oplossing. Met succes: Het Suske en Wiske Museum zet vanaf 2025 zijn activiteiten verder onder de vleugels van Robotland. Recent werd aangekondigd dat vanaf 2024 de Thomas More-hogeschool de collectie en dienstverlening van docAtlas, het leer- en kenniscentrum voor taal, welzijn en burgerschap, overneemt.
Eerste gedeputeerde Luk Lemmens, woordvoerder van de deputatie: “Met de overname van het Suske- en Wiske museum en docAtlas, richten we ons beleid nog meer op de kerntaken van de provincie. In 2024 gaan we beide overnames op een duurzame wijze afronden.
Investeren in groen en landbouw
De focus op de kerntaken maakt middelen vrij. Die investeert de provincie in projecten om de toekomst voor haar inwoners, landbouwers en ondernemers te vrijwaren. Meer groen en bos helpen in de strijd tegen de opwarming van het klimaat en wateroverlast. Voor de landbouwers investeert de provincie in nieuwe manieren om water te hergebruiken en de bodem te herstellen. En om knelpuntberoepen weg te werken in de bouw en de zorg, experimenteert de provincie met hybride leeromgevingen.
Gedeputeerde voor Financiën en Milieu Jan De Haes: “Met een ambitieus bosplan plant de provincie 60 ha of bijna 100 voetbalvelden nieuw bos aan in 2024. En met het project Groene oases brengen we meer groen op de speelplaatsen en leerplekken van bijna 200 scholen voor onze kinderen. Zo leren ook de volgende generaties hoe belangrijk natuur, biodiversiteit en klimaat zijn. Tot slot geven we de beek- en riviervalleien hun natuurlijke stroomgebieden terug. Zo kunnen die veel meer water bergen wanneer het overvloedig regent en tegelijk als buffer dienen tijdens droge periodes.”
Gedeputeerde voor Economie, Landbouw en Platteland Kathleen Helsen: “Alleen door samen te werken komen we tot duurzame oplossingen voor het klimaat. Ook in de landbouw. Vanuit het provinciaal beleid versnellen we de innovatie in de sector. In 2024 onderzoeken de provinciale proefbedrijven hoe pluimveebedrijven het kuiswater in de stallen kunnen filteren en opnieuw gebruiken. Want elke druppel telt en elke inspanning loont.”
Investeren in duurzaam onderwijs
Het provinciaal onderwijs heeft altijd al ingezet op moderne, duurzame schoolgebouwen. Want om de snel evoluerende technologieën in de bedrijfswereld te volgen, blijft het cruciaal om te investeren, ook in het didactisch materiaal.
Gedeputeerde voor Onderwijs Luk Lemmens: “In 2024 openen we een gloednieuw schoolgebouw in PTS Mechelen en eentje op PITO Stabroek. Op campus PIVA vernieuwen we zes keukens en realiseren we een nieuwe stek voor de opleidingen van CVO Vitant.”
Gedeputeerde voor Flankerend Onderwijs Kathleen Helsen: “Samen met enkele bedrijven uit de zorg en de bouw ontwierpen we hybride leeromgevingen voor studenten. Ze krijgen les in de zorgcentra en bedrijven zelf en zetten er de theorie onmiddellijk om in de praktijk. Zo zijn ze beter voorbereid op hun stage en het echte werk. Dat verhoogt hun kansen om een diploma te halen aanzienlijk. Het provinciebestuur investeert in 2024 510.000 euro in hybride leeromgevingen.”
Investeren in fietsostrades
Sinds 2015 telt de provinciale Fietsbarometer het hele jaar door fietsers. De barometer klokte in 2022 af op meer dan 20 miljoen getelde fietsers in Antwerpen. De cijfers voor 2023 zijn nog niet bekend, maar de provincie verwacht opnieuw een toename.
Gedeputeerde voor Mobiliteit, Luk Lemmens: “Over de fietsostrades leg je langere afstanden vlot en comfortabel af. Ze verleiden steeds meer mensen om de fiets te nemen. En dat is goed voor hun gezondheid en het milieu. Daarom blijft de provincie investeren in de fietsostrades. De jongste telg, de F105 van Herentals naar Balen, opende in september 2023. En op de F12 werkten we het ontbrekende stuk af tussen de Noorderlaan en het centrum van Ekeren. Dat is een zeer belangrijke schakel om het woon-werkverkeer van en naar de Antwerpse Haven te verduurzamen.”
Investeren in duurzame recreatie en toerisme
De provincie investeert niet alleen met de fietsostrades in duurzame mobiliteit en de gezondheid van haar inwoners.
Gedeputeerde bevoegd voor Recreatie en Toerisme Mireille Colson: “We vullen de bewegwijzerde wandelroutes aan met virtuele wandelknooppunten om wandelingen online uit te stippelen. Daarmee bouwen we aan een hoogwaardig wandelnetwerk over heel de provincie Antwerpen. Vandaag telt het virtuele netwerk 150 km in de Zuidrand en 355 km rond de stad Antwerpen. In 2024 op het programma: het nieuwe virtuele netwerk in Mechelen en Geel.”
In 2024 bouwt de provincie op meer dan dertig locaties in de vallei van de Kleine Nete plekken om te picknicken, rust te vinden en de rivier te ontdekken. Met deze ‘Kleine Netemomentjes’ realiseert de provincie het ‘toeristisch onthaalplan’ waarmee ze het toerisme in de Vallei van de Kleine Nete een duw in de rug geeft.